Thema Emotie

Boekentip:

• Karel en Kaatje - vandaag ben ik blij van Liesbet Sleger
• Anna's grote emotieboek van Kathleen Amant
• Het kleurenmonster van Anna Llenas
• Moppereend van Joyce Dunbar en Petr Horacek

Liedjes:

• ik ben blij
• Boos van Bibaboederij
• Dit is een vrolijk liedje, doe mij maar na
• ik ben vandaag zo vrolijk
• ben je boos

Leuke filmpjes:

• zandkasteel - gevoelens
• Gevoelige pudding legt uit
• Gevoelens leren met Jokie (efteling)
• inleiding emoties van de film binnestebuiten

Knutselen:

Het kleurenmonster:
Het kleurenmonster is in de war.
Hij voelt zich blij, verdrietig, boos, bang en kalm tegelijk.
Wat is er met hem aan de hand?
Met de hulp van een meisje probeert hij alle emoties
die hij voelt een eigen plek te geven.

Sjabloon vind je HIER

Heel eenvoudig om te maken. Maak propjes van crepepapier en print deze kleurenmonster uit op karton. Laat de kinderen maar lekker plakken. Natuurlijk kunnen ze hem ook mooi inkleuren eerst.

kleurenmonster 2: 

Hiervoor heb je nodig: Ijslollie stokjes, een kniptang, verf, lijm en een zwarte stift. knip als eerst de onderdelen die je moet gebruiken, puntjes op de oren en let op de voetjes. Laat de kinderen de Ijslolliestokjes verven (of kleuren met stift). Wanneer alle stukjes zijn voorzien van een kleur kan je ze met de lijm vast maken. Aan de achterkant maak je het geheel vast aan elkaar door een stokje horizontaal te plakken. Is het geheel droog dan kan je met stift het monster afmaken. Laat het kind zelf een emotie kiezen.

Kleurenmonster 3:

Deze vraagt veel voorbereiding.  Op een groot stuk karton teken je een kleurenmonster. Deze knip of snij je uit met een schar of stanleymes. (let goed op).  Zorg voor diverse kleuren verf, watten en knijpers. Hiermee kunnen de kinderen het hele monster voorzien van verf. Als je ziet dat na het verven sommige lijnen zijn verdwenen.... wacht even tot het monster droog is en kleur de lijnen met een zwarte merkstift weer opnieuw.

Monster van klei

Wat heb je nodig:

klei, voedingskleurstof, rietjes, wiebeloogjes, knopen of gekleurde steentjes.                                                Laat de kinderen 2 ballen klei maken en laat ze daarbij voedingskleurstof mengen.                                      

Als je geen voedingskleurstof heb of wil gebruiken kan je ook 2 kleuren klei gebruiken.  

De ballen moeten aan elkaar worden gemaakt door de nek uit te smeren. Laat het kind zelf bedenken wat hij met het materiaal doet. Het is hun monster.

Kleur een monster

Maak op een aantal witte tekenblaadjes wat voeten, armen en eventueel een mond. Plak er ook wiebeloogjes op. Laat de kleinste nu lekker kleuren. De grotere kinderen kunnen dit allemaal zelf. Zolang je maar een voorbeeld laat zien.

Monsters blazen

Laat de kinderen op kartonnen vellen ecoline blazen.                                                                                   een paar druppels ecoline op het vel en vervolgens met een                                                                        rietje laten blazen. Wanneer hij droog is kunnen de gezichtjes                                                                       geplakt worden. De oogjes vind je hier

Moppereend

wat heb je nodig:

Sjabloon (HIER), oranje stift, eierdoos, witte verf, oranje chanellidraadjes.

We gaan eerst de eierdoos wil schilderen. 

Wanneer deze ligt te drogen gaan we het sjabloon kleuren en uitknippen. 

De chanellidraadjes kan je vervolgens in de juiste vorm maken. 

Laat de kinderen ondertussen de eend vastplakken aan de eierdoos. 

De pootjes kan je als laatste door de eierdoos heen prikken.

Moppereend 2

Wat heb je nodig: kleurplaat HIER, potloden of stiften, schar, lijm, een lege keukenrol of wc rol en een lange sateprikker. 

Wanneer de kinderen de kleurplaat mooi hebben ingekleurd gaan we eerst het wolkje los knippen. Deze  lijmen we vast aan de sateprikker. vervolgens kan wordt de kleurplaat vastgelijmd aan de keukenrol. Steek de sateprikker met de wolk in de bovenste rand van de keukenrol.  De grotere kinderen kunnen een wc rolletje gebruiken. Zijn kunnen de kleurplaat via de graslijn uitknippen de wc rol kan naar wens ook nog geverfd worden.

Moppereend vouwen

 Als eerst hebben we een blauw kartonnen vel nodig om het geheel op te plaken. Aan de onderkant van het vel kunnen de kinderen met verf gras maken en bloemen stempelen. Aan de bovenkant komt de wolk die je van grijs en zwart kan verven. ( glitter is een leuke toevoeging).

Met wit papier vouwen we 3 driehoeken, 1 grote voor het lijfje, een kleinere voor het hoofd en 1 kleine voor de staart.  Ook maken we de vleugel van wit papier. Van oranje papier knippen we een snavel en de 2 pootjes. 

Met een kleine zwarte knoop of wiebeloogje kan je de eend afmaken.

De wolk

Een simpele opdracht.

benodigheden: blauw karton, wit papier, wc rolletje, blauwe verf, grijze wasco of kleurpotlood, lijm en een schaar

Regenboog van krasfolie

De achtergrond is van waskrijt of oliekrijt. Deze laag blijft goed op papier zitten en stoten een hydrofiele substantie af, waardoor de twee verschillende lagen niet aan elkaar gaan hechten.
De toplaag bestaat uit verf en afwasmiddel. Zeep is namelijk hydrofiel en hydrofoob…het wil dus mengen met vloeistoffen op waterbasis en met vloeistoffen op oliebasis. Dit komt doordat zeep een hydrofobe kop heeft en een hydrofiele staart (daarom kun j met zeep ook goed vet van jouw lijf spoelen). De afwasmiddel zorgt er hierdoor voor dat de verf op de ondergrond wil blijven liggen en niet afgestoten word door de oliebasis van de achtergrond. Tegelijkertijd zorgt het er voor dat de verf een beetje verdund wordt, zodat het een mooie dunne laag kan maken en er dus weer makkelijk af gekrast kan worden.

Teken met waskrijt of oliekrijt een regenboog die het hele papier vult en kleur deze helemaal in (ook met waskrijt of oliekrijt.
Doe de zwart verf in een bakje, samen met een scheutje afwasmiddel.
Roer de verf en het afwasmiddel goed door elkaar.
Verf het verfmengsel op de regenboog. Als je dit in het Moppereend-thema wilt doen, dan verf je dus een mooie grote donderwolk.
Als het verfmengsel goed droog is, kun je lekker krassen.

Moppereend

Een papieren bordje heeft een makkelijke basis. Er hoeft enkel iets uit geknipt te worden om er een Moppereend van te maken. Van het stuk wat over is, kan de vleugel en de poten gemaakt worden.

Voor het maken van een eend van een papieren bordje heb je het volgende nodig:
papieren bordje,schaar, lijm,stiften/verf

Teken de lijn op het bordje die geknipt moet worden en teken ook gelijk de vleugel en de poten in het overige deel van het papieren bordje. Knip over de lijn.
Trek lijnen over alle randen, zodat het meer op de getekende Moppereend lijkt.
Teken de lijnen in de poten en op de eend (snavel, ogen, neusgaten, enz).
Kleur de te kleuren delen in.

Activiteiten:

Een regenwolk maken
Met een scheerschuim en een beetje kleurstof kun je een prachtige regenwolk maken. 

Met dit proefje kun je laten zien wat er gebeurt wanneer de wolk ‘te veel’ drupjes water heeft verzameld. Door telkens op dezelfde plek te druppen, wordt de drup steeds groter (dit kun je op meerdere plekken doen). Uiteindelijk wordt de drup te zwaar om nog in de wolk (die bestaat uit allemaal hele kleine drupjes water) te blijven en dan valt hij naar beneden. De vallende drupjes water noemen we regen.

De wolk maak je van scheerschuim. Deze spuit je op water. De regen maak je met een kleurstof. Welke kleurstof je gebruikt maakt eigenlijk niets uit, zo lang het maar op waterbasis is. Ik gebruikte voedselkleurstof, omdat ik dit al in huis had en omdat dit goed te doseren is.

Aan de slag
Voor het maken van een regenwolk met scheerschuim heb je het volgende nodig:

• doorzichtige bak (ik gebruikte een vaas)
• water
• scheerschuim (geen scheergel!)
• blauwe kleurstof (dat kan van alles zijn, zolang het maar op waterbasis is…ik gebruikte voedselkleurstof)

Vul de bak (of vaas) met water.
Spuit scheerschuim op het wateroppervlak.
Drup nu rustig (eventueel op verschillende plekken) kleurstof op de wolk.
Laat nu telkens een drupje op dezelfde plek vallen, zodat de drup te zwaar gaat worden voor de ‘wolk’ en in het water zakt.


Een regenboog laten groeien
Met servetjes, stiften en water kun je een regenboog laten groeien. 
Met dit proefje kun je laten zien dat er zoiets bestaat als een aantrekkingskracht tussen verschillende materialen en dat die kracht groter kan zijn dan de zwaartekracht. In dit geval is dat absorptiekracht, waarbij het water door de ruimte tussen de houtvezels van het papier wordt getrokken (capillariteit). 

Doordat het water door de kleuren heen wordt getrokken en de kleuren hydrofiel zijn (en dus graag mengen met water), worden de kleuren mee omhoog getrokken.

Voor dit proefje is het belangrijk om stiften op waterbasis te gebruiken en papier dat goed absorbeert. Alleen dan worden de kleuren goed omhoog getrokken door het papier.

Voor het maken van regenboog die groeit heb je het volgende nodig:

• papier dat goed absorbeert (servet, zakdoek, koffiefilterzakje)
• stiften in de kleuren van de regenboog
• bak met water

Zet 7 dikke strepen naast elkaar in de volgorde van de regenboog (rood, oranje, geel, groen, blauw, indigo/donker blauw, violet/paars). Laat een beetje ruimte tussen de strepen, zodat de kleuren de ruimte krijgen om oog breder te worden en niet te veel door elkaar te lopen.
Laat de onderkant van het papier in het water zakken.
Nu hoef je alleen nog maar te wachten tot de kleuren klaar zijn met groeien…of tot jij het groot genoeg vindt

Cupcakes
Cupcakes zijn heel lekker en je kunt ze ‘toppen’ met botercrème (heerlijk). Maak de botercrème in prachtige regenboogkleuren waardoor het prachtig regenboog cupcakes worden of haal kant-en- klare cupcake mix regenboog van Dr. oekter

Fruitregenboog
Je kunt spiesjes maken met verschillende kleuren fruit en deze in een boog naast elkaar prikken in een halve aardappel met aluminiumfolie. Fruit die je hiervoor kunt gebruiken is: aardbei, stukje mandarijn, stukje banaan of ananas, groene druif of stukje appel met groene schil, blauwe bes, ‘blauwe’ druif.

Dansen
Bij het liedje kun je een aantal bewegingen maken. Ga gezellig dansen bij het liedje van Moppereend

Emotiekaarten (hier)

• Laat een kind een uitdrukking nabootsen. De andere kinderen proberen te raden welke kaart het kind probeert uit te drukken. Bespreek welke emotie hier bij hoort.

• Verdeel de groep, geef de eerste groep kinderen een kaart en laat ze de uitdrukking aannemen. Neem de kaarten weer in en laat nu de andere kinderen de kaarten bekijken. Welke uitdrukkingskaart hoort bij welk kind?

Neem elke dag een andere kaart en bespreek deze. Stel daarbij een aantal vragen:
– Welke uitdrukking zien ze en welke emotie zou daarbij kunnen horen?
– Kun je ook iets vertellen zonder te praten?
– Wat zou er gebeurd kunnen zijn dat iemand zich zo voelt? Laat de kinderen voorbeeld situaties noemen.

• Selecteer een aantal kaarten, noem voorbeeldsituaties en vraag een kind welke uitdrukking en welke emotie hier bij hoort. Niet elk kind zal dezelfde emotie ervaren. Luister vooral naar zijn motivatie.

Suggesties
– Als iemand je plaagt.
– Als iemand je een compliment geeft.
– Wanneer je favoriete club een doelpunt mist.
– Als iemand een flauw grapje maakt.
– Als iets niet lukt.

• Noem een emotie en vraag de kinderen welke uitdrukking daarbij past.
• 
  
• Hang de kaart op en schrijf ernaast welke emotie hoort bij de uitdrukking.
• 
  
• Welke geluiden horen bij een uitdrukking? Maak een geluid van frustratie, angst, boosheid, blijheid etc en vraag de kinderen de juiste kaart hierbij te zoeken.
• 
  
• Neem een boek en lees deze voor. Welke emoties kwamen er in het boek naar voren?